Klucht van de koe

Samenvatting:

Het stuk opent met een monoloog van Ghijsje. Als dief moet je voortdurend op je tellen passen. Een waarzegster heeft hem voorspeld dat hij rond zijn 18e jaar aan de galg zou sterven. Tot nu toe is alles goed gegaan.

Hij komt dan aan bij een huis en vraagt en krijgt onderdak van Dirk Thijssen. Dirk woont in een boerderijtje in Oudekerk. Als de boer ‘s nachts slaapt brengt Ghijsje de (dikke) koe naar de buitenplaats Kostverloren en bindt de koe ergens bij een hooiberg vast. Daarna gaat hij weer terug naar zijn slaapplaats. Hij gaat weer slapen.

De volgende dag wordt hij vroeg in de ochtend om twee uur gewekt door de boer, omdat hij dat heeft gevraagd. Hij wil namelijk die dag rond vijf uur in Amsterdam zijn. Onderweg beweert hij dat hij nog even bij mensen in de buurt van Kostverloren moet zijn omdat ze hem daar geld schuldig zijn en dat nu gaan afbetalen. Na een tijdje komt hij terug met een koe. Dat is dus de afbetaling. De boer denkt dat hij zijn eigen koe herkent maar doordat Ghijsje het gesprek slim op een ander onderwerp brengt, gaat hij er niet op door. Ghijsje vraagt de boer zelfs heel brutaal of hij hem niet op de markt wil verkopen, zo’n beest is immers geld waard en hij als koopman (hij doet zich als koopman voor) kan zoiets toch niet doen. De boer stemt erin toe, zij zullen elkaar in “Het Swarte Paert’’ ontmoeten.

De boer heeft de koe voor veel geld verkocht en geeft Ghijsje het geld. Ghijsje zegt dat deze verkoop groots gevierd moet worden en zegt dat hij eten gaat halen, en alles zal betalen. Hij steelt van de optrekker zijn mantel mee en hij heeft zijn drankjes gestolen en nog niet betaald. Slimme Ghijsje gaat er gewoon vandoor met het geld. Het volgende fragment komt het zoontje van de boer (Keesje) binnen en zegt dat hun koe is gestolen. Nu begrijpt de boer dat hij op slimme wijze is beetgenomen door de gauwdief, maar moet er zelf nog om lachen.

(https://www.huiswerkvrij.com/g-a-bredero-de-klucht-van-de-koe/)

Maak jouw eigen website met JouwWeb